Eind april hebben minister Hoogervorst en staatssecretaris Ross in een brief aan de Tweede Kamer de contouren van het nieuwe stelsel van zorg en maatschappelijke ondersteuning geschetst. Met de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) die vanaf 2006 gefaseerd wordt ingevoerd, wil het kabinet het stelsel van zorg en welzijn de komende jaren aanpassen. De nadruk ligt hierbij op het terugdringen van de bureaucratie en veelvoud aan loketten, een duidelijke rolverdeling tussen Rijk en gemeenten en de eigen verantwoordelijkheid van de burger. En uiteindelijk moet het nieuwe stelsel bijdragen aan de betaalbaarheid van de AWBZ.
In het voorstel worden de lichtere vormen van hulp en ondersteuning in de WMO door de gemeenten georganiseerd. Het is de bedoeling dat in 2006 allereerst de thuiszorg uit de AWBZ gelicht wordt en de Wet voorzieningen gehandicapten (Wvg) en de Welzijnswet opgaan in de WMO. Per 2007 zullen ook de functies ondersteunende en activerende begeleiding uit de AWBZ verdwijnen.
De Federatie vreest met de invoering van de WMO voor het verzekerde recht op zorg, zoals vastgelegd in de AWBZ. In de WMO krijgen de gemeenten een grote beleidsvrijheid. Gezien de eerdere ervaringen op dit punt met de Wvg maakt de Federatie zich ernstige zorgen over de mogelijke rechtsongelijkheid en rechtsonzekerheid die dit voor haar achterban met zich meebrengt. Zij zal dan ook op korte termijn in beraad gaan met haar achterban, relevante belangenorganisaties en dienstverleners over de gevolgen van de kabinetsplannen en waar mogelijk acties ondernemen.
Bron:
Kortschrift nummer 25, juni 2004